Carmen XXIII

Furi, cui neque

Furi, cui neque servus est neque arca
nec cimex neque araneus neque ignis,
verum est et pater et noverca, quorum
dentes vel silicem comesse possunt,
est pulcre tibi cum tuo parente
et cum coniuge lignea parentis.
Nec mirum; bene nam valetis omnes,
pulcre concoquitis, nihil timetis,
non incendia, non graves ruinas,
non facta impia, non dolos veneni,
non casus alios periculorum.
Atqui corpora sicciora cornu
aut si quid magis aridum est habetis
sole et frigore et esuritione.
Quare non tibi sit bene ac beate?
A te sudor abest, abest saliva,
mucusque et mala pituita nasi.
Hanc ad munditiem adde mundiorem,
quod culus tibi purior salillo est,
nec toto decies cacas in anno,
atque id durius est faba et lapillis;
quod tu si manibus teras fricesque,
non umquam digitum inquinare posses.
Haec tu commoda tam beata, Furi,
noli spernere nec putare parvi.
Et sestertia quae soles precari
centum desine: nam satis beatus.

Furius, je hebt

Furius, je hebt geen slaaf en evenmin een geldkist,
geen wandluis, geen spinrag en geen vuur,
wel heb je een vader en een stiefmoeder, die
met hun tanden kiezel kunnen vermalen.
Je hebt het wel naar je zin met je vader
en zijn schriele echtgenote.
Geen wonder; het gaat jullie allen voor de wind,
optimaal is jullie spijsvertering, niets hoeven jullie te duchten:
geen brand, geen zware instortingen,
geen misdrijven, geen listen met gif
noch welke andere dreigende gevaren ook.
Jullie lichaam is droger dan hoorn
of iets wat nog droger is
door de zon, koude of door honger lijden.
Waarom zou jij je niet goed en gelukkig voelen?
Je hebt geen last van zweet of speeksel,
van slijm of snottebellen. Voeg bij al dat propere nog iets properder:
je aars is zuiverder dan een zoutvaatje,
je kakt niet eens tien keer in een jaar
en het is harder dan een boon of een steen,
je kan het tussen je handen knijpen en wrijven,
nooit worden je vingers vuil.
Dat zijn enorme voordelen, Furius,
versmaad ze niet en schat ze niet gering.
Maar stop nu eens met bedelen om
honderdduizend sestertiën: je boft nu al meer dan genoeg.